Passagiersvaart - Hygiëne

Passagier- en hotelschepen

Arbo handreiking

Nog niet ingediend

Deze inhoud is onderdeel van de Arbo handreiking, maar nog niet ingediend voor goedkeuring als onderdeel van de Arbocatalogus.

Inleiding

De passagiersvaart heeft met een aantal specifieke eigenschappen te maken, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen passagier- en hotelschepen.

Passagiersschepen moet men lezen als dag-passagiersschepen, meestal rondvaartbedrijven met schepen waarbij geen overnachtingsaccommodatie voor de gasten voorhanden is.
Hotelschepen moet men lezen als voornamelijk rondvaartcruisebedrijven, waarbij de gasten aan boord overnachten.

In dit hoofdstuk zijn de specifieke knelpunten ten aanzien van de veiligheid van passagiers, voedselveiligheid, het schenken van drank en de eisen aan het veiligheidspersoneel uitgewerkt. Uitgangspunt is de Arbeidsomstandighedenwet, maar ook de overige wetgeving waar men rekening mee dient te houden, waaronder voorschriften uit de horeca.

 

Wat zijn de risico’s?

Binnen de passagiersvaart bestaan een aantal specifieke risico’s, die hierbij per item zijn uitgewerkt. Het betreft vaak risico’s die zowel voor de werknemers als voor de gasten van toepassing zijn.

De volgende risico’s omtrent zijn één voor één uitgewerkt:

  • voedselveiligheid :
  • het werken in keukens:
  • het schenken van alcohol:
  • het gebruik van transportmiddelen;
  • het opmaken van bedden en schoonmaken van sanitaire ruimtes;
  • ongewenst gedrag van passagiers (onbevoegde toegang, vervelend of gevaarlijk gedrag, afscheiding van ruimten).

 

 

Voedselveiligheid

Wat zijn de risico’s?

Zowel voor de eigen consumptie als voor het eten dat aan gasten wordt voorgezet is het belangrijk dat er hygiënisch wordt gewerkt om te voorkomen dat men ziek kan worden door ziekteverwekkers (bacteriën). Voedselbederf of voedselbesmetting kan leiden tot voedselinfectie of voedselvergiftiging. Indien er niet correct wordt omgegaan met hygiëne kunnen zowel werknemers als gasten ziek worden en in het extreemste geval overlijden. Gezien de gemiddelde hoge leeftijd van de doelgroep is hier de juiste aandacht op zijn plaats, immers ouderen zijn extra kwetsbaar.

Maatregelen om voedselinfectie of voedselvergiftiging te voorkomen

Zorg er voor dat het personeel goed is opgeleid en op de hoogte is van de HACCP-richtlijn en zorg er voor dat deze richtlijn is geïmplementeerd. Men kan hier eenvoudig aan voldoend door een Hygiënecode op te stellen (zie link: Horeca-hygienecode-2016-samengevat-haccp-horeca).
Alle ondernemingen die eet- en drinkwaren bereiden, verwerken, behandelen of vervoeren, moeten veilig met voedsel omgaan. Wettelijke voorschriften over de hygiëne van levensmiddelen zijn gebaseerd op Europese wetgeving. U moet volgens HACCP-principes werken. HACCP staat voor Hazard Analysis Critical Control Points. Dit is een analyse van kritische punten waarop u extra goed moet letten.
Een eenvoudige checklijst maakt het gemakkelijk om de analyse van kritische punten op te stellen, zie bijlage (Link/bijlage- Haccp-controle-checklist-horeca-handboek).
Een samenvatting voor beginners in de keuken treft u hierbij ter informatie de Kaart Hygiëne en voedselveiligheid (LINK/bijlage) , onderdeel van de Theoriemap leermethode vmbo.

 

Bronvermelding: Vangestelhoreca.nl

 

 

Het werken in keukens - Inleiding

Het (voor)bereiden van voedsel vindt meestal deels plaats aan boord en deels aan de wal. Voor beide locaties geldt dat er specifieke risico’s zijn bij het werken in keukens.

Wat zijn de risico’s?

Bij het werken in een keuken zijn diverse risico’s aanwezig, waaronder het oplopen van letsel door:

  • Snijden (messen, snijmachine, scherpe verpakkingen zoals blik, glas, etc.)
  • Zich bezeren door branden aan hete oppervlakken of stoffen (pannen, schalen, ovens, frituur, stoomoven (steamer), grill, etc.)
  • Overbelasting door herhaaldelijke bewegingen (snijden, afwassen, spoelen, etc.)
  • Blootstelling aan hete of bijtende dampen
  • Beknelling of verbranding door onjuist om te gaan met apparatuur
  • Besmetting met gevaarlijke stoffen (schoonmaakmiddelen)
  • Letsel door contact met koude oppervlakken (vriezer)
  • Brandgevaar

 

Veiligheid in de keuken: apparaten moeten zijn voorzien van CE-keurmerk

 

Maatregelen om risico’s te voorkomen

Veilig werken in keukens begint al met een goed ontwerp; een goede indeling met voldoende werkruimte, werkbladen op de juiste hoogte, juiste apparatuur en voldoende verlichting.
Zorg dat als er apparatuur wordt aangekocht dat personeel hierbij betrokken is,  laat hen meekijken naar welke apparatuur prettig en arbeidsvriendelijk werkt. Besteed aandacht aan veiligheid van bewegende delen (mixer, snijmachine) , werkhoogte, bedieningsgemak en het CE-keurmerk.
Kijk ook naar de afscherming van hete (uitwendige) oppervlakken. Waar het risico op verbranding blijft bestaan moet een sticker worden aangebracht.
Vraag bij de aankoop naar een gebruiksaanwijzing in de Nederlandse taal.
Zorg voor geschikt materiaal en voldoende opbergmogelijkheid. Messen dienen scherp te worden gehouden en veilig worden opgeborgen.
Zorg voor pannen en schalen die gevuld tot een gewicht van maximaal 5 kg. reiken. Denk ook aan niet heet-wordende handgrepen van pannen, schalen, frituurmanden, etc.
Zorg voor goed opgeleid personeel dat over voldoende ervaring beschikt. Maak hen bekend met de bijzonderheden van de keuken alvorens hen aan het werk te laten gaan. Bespreek de specifieke risico’s en brandmeld-en blusprocedure.
Zorg voor de juiste afzuiging van vrijkomende dampen van koken, bakken, braden, steamen en afwasmachines waarbij bijtende schoonmaakmiddelen wordt gewerkt.

 

Koken tijdens de vaart

Aan boord van schepen kan men ook te maken hebben met zeegang en hierdoor het bewegen van schepen. Om te voorkomen dat tijdens het slingeren materialen van hun plek komen moeten zij  ge-zeevast kunnen worden. Hou tijdens het varen op ruimere vaarwateren rekening met de weersvoorspellingen en neem maatregelen om te voorkomen dat men in de keuken in problemen komt. Het is aan de kapitein om het personeel in de keuken hier op te wijzen.

Brandgevaar

In keukens wordt gewerkt met hete oppervlakken, olie en vet. Brandstoffen en ontstekingsbronnen kunnen daar bij elkaar komen.  Om brand in een keuken te voorkomen dient men o.a. rekening te houden met:

Vetfilters van afzuigkappen moeten regelmatig worden schoongemaakt. Hiernaast moeten ze zijn voorzien van gangbare brandkleppen.

   

 

Frituur

Frituurvet moet regelmatig worden ververst. Gebruik bij voorkeur olie, dit kan na gebruik afkoelen en is veiliger om te verversen dan het aftappen van vloeibaar heet vet in verband met de viscositeit.
De temperatuur van de frituurolie of vet moet thermisch zijn beveiligd op 200° C. Als de frituur heter dan 225° C wordt, komt dit boven zijn vlampunt en kan dan ontstoken worden. Ook ouder, niet tijdig frituurvet/olie wordt gemakkelijker brandbaar, het vlampunt gaat door de vervuiling omlaag.
Zorg voor een blussysteem en deksels om de frituur mee af te dekken in het geval van brand. Zorg voor een brandplan in de keuken en geschikte blusmiddelen (voor o.a. vet/olie).

 

Koeling

Een koelingsruimte moet van binnen uit te openen zijn, zodat niet iemand per ongeluk in een koel of vriescel opgesloten kan achterblijven.

 

Het schenken van alcohol – wat zijn de risico’s? en maatregelen om de risico’s te beperken

Het schenken van (te veel) alcohol kan leiden tot negatief gedrag van gasten en hierdoor PSA (link naar Arbeidscatalogus hoofdstuk over PSA) voor de werknemers veroorzaken. Dit kan ongewenst gedrag van gasten zijn, dat kan variëren van negatief gedrag tot verstoring van de bedrijfsvoering dat leidt tot PSA van het personeel of zelfs gevaarlijke situaties op kan leveren ten aanzien van de navigatie of algemene veiligheid aan boord.

 

Hiernaast zijn er wettelijke regels aan het schenken van alcohol, zoals de minimale leeftijdsgrens.

In het horecabedrijf aan de wal is het via de Drank- en Horecawet verplicht gesteld dat medewerkers het diploma “Sociale Hygiëne” halen.

Omdat een schip geen  “horecabestemming” heeft valt de passagiersvaart hier formeel niet onder. Toch is het aan te bevelen de goede elementen hier uit over te nemen of de medewerkers deze opleiding te laten volgen.

 

Sociale hygiëne

Een eigenaar/ondernemer, beheerder of bedrijfsleider  in het horeca- en slijtersbedrijf heeft grote verantwoordelijkheden ten aanzien van de veiligheid van klanten/gasten. Hygiëne in de horeca betekent dat de ondernemer alles in het werk stelt om de gezondheid van zijn gasten en medewerkers te waarborgen.  Zo moet men weten hoe je om moet gaan met situaties waarbij alcohol-, drugs- of gokverslavingen een rol spelen. De veiligheid van de klanten/gasten moet gewaarborgd zijn.

 

Het woord 'sociaal' heeft betrekking op de samenleving. Met Sociale Hygiëne wordt bedoeld dat mensen rekening met elkaar houden en respect hebben voor elkaars lichamelijke en geestelijke gezondheid

 

Tijdens een cursus Sociale Hygiëne leer je welke verantwoordelijkheden een ondernemer in het horeca- en slijtersbedrijf moet hebben, hoe hij of zij de veiligheid en het welzijn van klanten garandeert en hoe een goed sociaal hygiënebeleid er ui tziet.

 

 

Het werken met een biertap en CO2

Een biertap werkt meestal met koeling en vaten, die op druk worden gezet door CO2 (koolstofdioxide of koolzuur). CO2  is een gas dat in de buitenatmosfeer ongeveer 0,04 vol-% van lucht bedraagt. Het is ook het gas dat wij als mensen uitademen en wordt uitgestoten bij de verbranding van brandstoffen. CO2 is dus niet giftig, maar kan, net als stikstof, zuurstof verdrijven en hierdoor verstikkend werken. Om deze reden moet er aandacht zijn voor de opslag en grootte van CO2-flessen in besloten ruimten. Immers in het geval van lekkage kan dit gas vrijkomen en in een beperkte ruimte zuurstof verdringen. Dit kan leiden tot ernstig letsel en zelfs de dood van de mens.

CO2 is zwaarder dan lucht. Sensoren voor alarmeringen moeten daarom zo laag mogelijk bij de vloer  worden aangebracht.  Aandacht voor voldoende ventilatie is op zijn plaats.

Toets aan de hand van de Veiligheidsinformatiekaart “Werken met koolzuur in de horeca” (link) of de installatie en alarmering op orde is. Hang deze kaart op in de opslagruimte van de CO2-flessen.

Hang de kaart op en maak deze onderdeel van het Arbobeleid.

  

Afbeelding alarmering CO2                                                                                             Opstelling CO2 flessen

 

 

 

 

 

Het gebruik van interne transportmiddelen

Transportmiddelen worden vaak gebruikt bij de bij de bevoorrading van de schepen maar ook aan boord zelf. Transportmiddelen zijn bedoeld om zware lasten te verplaatsen. Hierbij valt te denken aan gebruik van heftrucks, rolcontainers, steekwagens, liften, etc. Het is prettig dat er transportmiddelen zijn, deze voorkomen belasting door tillen van de mens.

Bij alle bewegende delen bestaat de kans op beknelling. Bewegende delen moeten zo veel mogelijk worden afgescheiden/afgeschermd.

Met de bevoorrading van schepen heeft men altijd te maken met de toegang tot het schip. Zorg er voor dat er goede gangways aanwezig zijn; niet alleen voor de veilige toegang van passagiers maar ook om met transportmiddelen aan en van boord te kunnen gaan.

 

Alle hijskranen moeten worden gekeurd door een deskundige conform ESTRIN/ROSR Artikel 11.12 (link) en iedere 10 jaar door een erkende deskundige. Dit betreft de hijskraan voor bijvoorbeeld de bijboot, gangway, autokraan.

Hijs- en hefinrichtingen, zoals liften moeten jaarlijks door een deskundige worden onderzocht, conform het Arbobesluit Art. 7.29. Daarnaast moeten zij ten minste iedere 5 jaar door een erkende instelling doelmatig worden beproefd en onderzocht. Dit betekent een uitgebreidere keuring, waarbij de inrichting meestal uit elkaar wordt genomen.

Het wordt aangeraden jaarlijks alle hijs- en hefmiddelen door een externe deskundige te laten keuren. Resultaten worden vastgelegd middels keuringscertificaten of in een Kraanboek.

Voorbeelden van hijs -en hefmiddelen aan boord:

 


 

Buffetlift: voorkomt heen en weerlopen vanuit de keuken naar de salon

 

 

Het opmaken van bedden en schoonmaken van sanitaire ruimtes (hotelschepen)- Inleiding

 

Bij het wisselen van passagiers is er in korte tijd veel werk te doen; het schoonmaken van de passagiershut en  het verschonen en opmaken van bedden. Daarnaast worden er vaak dagelijks de sanitaire ruimten schoongemaakt. Bedden verschonen en opmaken is fysiek zwaar werk.

Schoonmaken kan onhandige houdingen noodzakelijk maken.

 

Maatregelen om de risico’s te beperken

Zorg voor optimale plaatsing van bedden, zodat deze gemakkelijk kunnen worden opgemaakt en indien mogelijk kunnen worden verplaatst. Gebruik dekbedden in plaats van dekens, deze zijn lichter en daardoor gemakkelijker in het gebruik.

Maak zoveel mogelijk bedden op met twee personen om de fysieke belasting te verdelen.

 

 

 

Inrichting hut gasten: het bed is goed toegankelijk om te worden verschoond

 

Zorg bij het ontwerp van sanitaire ruimten dat men gemakkelijk overal bij kan komen om schoon te maken. Zorg voor de juiste middelen en denk daarbij ook aan hulpmiddelen om bukken en op de knieën werken zoveel mogelijk te voorkomen (dweilstok, borstel met verlengstuk, etc.).

 

 

Gemakkelijk schoon te maken sanitaire ruimten van een vakantieschip. Let ook op het noodkoord voor minder validen.

 

Wetgeving en overige informatie

Bijgaande een overzicht van wetgeving waar de passagiersvaart aan moet voldoen, afhankelijk van Certificaat en vaargebied:

  • Arbowet art 3 en 5
  • Arbobesluit Art. 7.29 Hijs -en hefgereedschappen aan boord van schepen
  • AI-14
  • AI-17
  • ROSR Art. 11.12