Gegaste bulklading

Arbo handreiking

Ingediend Deze inhoud is onderdeel van de Arbo handreiking en is ingediend voor goedkeuring als onderdeel van de Arbocatalogus.

 

Inleiding

Aan boord van droge ladingschepen in het vervoer van agri-bulkladingen zoals graan kan de bemanning blootgesteld worden door contact aan toxische ontsmettingsmiddelen vanuit de lading.

Vanwege eisen aan voedselveiligheid is het in een aantal gevallen noodzakelijk en/of verplicht om grondstoffen voor diervoeders te behandelen met ontsmettingsmiddelen. Dit om te voorkomen dat er ongedierte in de voedingsmiddelen komen, die de kwaliteit hiervan aantasten en de voedselveiligheid in gevaar kunnen brengen.

Er zijn een aantal ernstige ongevallen geweest door de blootstelling aan fosfinegas, terwijl de scheepsbemanning niet wist dat dit in de lading voor zou kunnen komen, of überhaupt dat de lading gegast is geweest. Oorzaken hiervan waren zowel achtergebleven losse pillen als een te hoge concentratie vanuit de overslag van uit andere vervoersmiddelen.

Droge ladingschepen (met luiken) zijn niet bedoeld om “gasdicht” af te kunnen sluiten. De luikenkap is hiervoor niet gecertificeerd en is in het beste geval alleen “spatwaterdicht”. Men moet er van uitgaan dat indien zich in het ruim van het schip giftige gassen bevinden, kunnen vormen of ontstaan, men hier aan blootgesteld kan worden.

Fosfine

Fosfine (PH3) is een vaak gebruikt gassingsmiddel. Fosfine is een giftig gas, met een zeer lage wettelijke grenswaarde van 0,1 PPM (‘parts per million’). Vanaf een blootstelling van meer dan 49 PPM kunnen acute vergiftigingsverschijnselen optreden met dodelijk gevolg.

Bij de toepassing als gewasbeschermingsmiddel wordt vaak methaanthiol (methylmercaptaan) toegevoegd, zodat het gas gemakkelijker waar te nemen is (knoflookachtige /rioollucht).

Graan wordt vaak gegast met fosfidetabletten, die aan de batch graan worden toegevoegd op het moment van opslag of van verzending. Deze tabletten reageren met vocht en zuurstof uit de lucht tot het fosfinegas. De tabletten word in losse vorm aan de lading toegevoegd of in “sleeves” / “plates” toegevoegd.

Het gebruik van sleeves / plates heeft de voorkeur boven het gebruik van losse pillen, omdat als men zeker is dat deze zijn weggenomen, de gassingsbron weg is en na meting geen concentratieverhogingen meer zijn te verwachten. Bij los door de lading verspreidde tabletten is minder zeker te stellen dat de bron is uitgewerkt en is de kans veel groter dat er iets achter is gebleven, wat later op een ongecontroleerd moment alsnog fosfinegas kan gaan produceren.

Ontwikkelingen in wetgeving, de markt en overige initiatieven lopen nog ten tijde van het moment van opstellen van dit hoofdstuk, vooruitlopend op een definitieve verankering geeft dit hoofdstuk handvatten hoe om te gaan met gegaste ladingen.

 

Wat zijn de risico’s?

  • Blootstelling aan giftige stoffen die fungeren als ontsmettingsmiddel.
  • Als gevolg hiervan vergiftigingsverschijnselen mogelijk met dodelijke afloop.

 

Maatregelen om risico’s te beperken

  • Informeer bij iedere agribulklading bij de opdrachtgever naar de status van gassing. Men kan er van uitgaan dat bijna iedere lading gegast is geweest.
  • Accepteer de lading alleen indien aangetoond kan worden dat de lading veilig is voor het vervoer in open schepen. (Met open wordt hier bedoeld: gewone droge ladingschepen met luiken; niet bedoeld als “gasdicht”, zoals bijvoorbeeld een tankschip of tankcontainer).
  • Bij iedere lading die gegast is geweest hoort een gasvrijverklaring.
  • Draag PAC-meters met een alarminstelling van 0,2 PPM (TGG 15 min) en draag deze op de overall, op borsthoogte.
  • Laat je goed instrueren over deze PAC-meters door de leverancier en lees de gebruiksaanwijzing.
  • Maak duidelijke en aantoonbare afspraken dat de ruimen niet mogen worden betreden, tenzij er eerst vanaf dekhoogte is vastgesteld, door middel van metingen, dat er zich in het ruim geen van belangzijnde concentraties fosfine aanwezig zijn.
    Fosfine is zwaarder dan lucht en zal zich ophopen in laaggelegen gebieden.
  • Zorg dat de BHV’ers geïnstrueerd zijn in hoe om te gaan met blootgestelde medewerkers.
  • Zorg voor een scheepsspecifieke noodprocedure waarin onder andere de volgende aspecten aan bod komen:

Detectie van Fosfine

  1. De PAC-meter geeft overschrijding van waarde aan d.m.v.: trilling, geluidsalarm en lichtsignaal.
  2. Verlaat direct de omgeving en houd minimaal 20 meter afstand en blijf zo veel mogelijk bovenwinds.
  3. Waarschuw de omgeving (denk aan collega’s, operators overslagbedrijven, etc.).
  4. Stop de laad/losoperatie en sluit de ruimluiken.
  5. Zet de omgeving af en informeer ILT.
  6. Neem contact op met de bevrachter/opdrachtgever– zij nemen contact op met leverancier.
  7. Laat een gespecialiseerd gasmeetbedrijf inschakelen om metingen uit te voeren. (bijv. EWS groep, Ruvoma BV, SGS, etc.).
  8. Indien het gasmeetbedrijf lagere waarden detecteert: dan kan de lading vrijgegeven worden en lossen vervolgd worden. Let op: de kans is aanwezig dat er nog restanten van fosfine in de lading aanwezig zijn die later – gedurende het lossen- tot ontgassing komen. Daarom is het raadzaam om tijdens het lossen te blijven meten/monitoren op aanwezigheid van fosfine.
  9. Bij te hoge waarden moeten de volgende maatregelen worden gehanteerd:
    • Bij waarden  > 0,2 PPM is een adembescherming verplicht; van de buitenlucht afhankelijk ademhalingstoestel; volgelaatsmasker met Klasse 1 filtertype met tenminste B-filter (anorganische gassen).
    • Bij waarden >20 PPM is van de buitenlucht onafhankelijke ademhalingsbescherming verplicht.
  10. Let op: de gassingsleider heeft de absolute regie over schip en lading!

 

Wetgeving en overige informatie

Dräger Pac 8000 PH3 (8326355)

Pac meter

Fosfine is met de onderstaande PAC meter eenvoudig te detecteren

 

Artikelnummer

    Dräger Pac 8000 PH3  -  meetbereik: 0-20 ppm  PH3

8326355

 

De sensor gaat 3 jaar mee. De meter moet iedere 6 maanden worden gekalibreerd.

Het ontsmetten moet in Nederland uitgevoerd worden conform de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden (WGB). Onder de wet hangt het Besluit-(BGB)  en de Regeling- (RBG) Gewasbeschermingsmiddelen en biociden.

Transport en Logisitiek Nederland heeft uitgebreide handleiding gemaakt hoe om te gaan met gegaste lading in zeecontainers. De aanbevelingen en richtlijnen die hierin vermeld staan, zijn een op een bruikbaar in onze sector.

 

WBG en bevoegde autoriteit

In de WBG wordt het College voor de toelating van gewasbescherming en biociden (CTGB) genoemd als bevoegde autoriteit voor Nederland. Het college behandelt o.a. toelatingen voor het op de markt brengen van gewasbestrijdingsmiddelen.

Het toepassen van gewasbestrijdingsmiddelen moet worden uitgevoerd volgens de wettelijke en door het college bij de toelating vastgestelde voorschriften of beperkingen, (art. 22 van de WGB- Voorschriften en beperkingen). Toelatingen en vrijstellingen worden gepubliceerd in de Staatscourant (art. 49 – WBG Bekendmaking).

Het CTGB beoordeelt of gewasbeschermingsmiddelen en biociden veilig zijn voor mens, dier en milieu voordat ze worden verkocht. Het College geeft op productnaam een toelating af, waarbij ook gebruikersvoorschriften worden afgegeven.

 

Relevante informatie:

  • Arbobesluit
  • Artikel 3.5g. Gevaar voor verstikking, bedwelming, vergiftiging, brand of explosie
  • Artikel 4.3 lid 4 Wettelijke grenswaarden; laten meten door deskundigen
  • Artikel 4.6. lid 2 Voorkomen van ongewilde gebeurtenissen; Verbod ruimen te betreden
  • Regeling Gewasbeschermingsmiddelen en biociden, artikel 8.9 Meldformulier en Gasvrijverklaring ILT.

 

Nadere informatie fosfine:

Veiligheidsinformatie:

Wettelijke grenswaarde
0,1 PPM (‘parts per million’)
0,14 mg/m3 (TGG - 8u)
0,28 mg/m3 (TGG - 15min) of 0,2 ppm (TGG - 15min)

 

Noodsituatie

P310 Onmiddellijk een ANTIGIFCENTRUM of een arts raadplegen.
P304+P340 INDIEN INGEADEMD: Stel de persoon aan frisse lucht bloot en zorg ervoor dat deze gemakkelijk kan ademhalen.
P320 Specifieke behandeling dringend vereist.
P303+P361+P353 BIJ CONTACT MET DE HUID (of het haar): verontreinigde kleding onmiddellijk uittrekken. Huid met water afspoelen/afdouchen.

 

 

Chemiekaart fosfine

 

Bijzondere risicogroepen

In deze Arbocatalogus worden de volgende groepen aangemerkt als een bijzondere risicogroep: jeugdigen (jonger dan 18 jaar), zwangeren en werknemers tijdens de lactatie.

Voor al deze groepen geldt dat voor specifieke werkzaamheden zullen worden vrijgesteld i.v.m. de mogelijke gevaren die deze werkzaamheden met zich meebrengen. ​